Kavel 25.12
Willem Jan van Lokhorst (1889-1940) was in de periode 1928-1940 als predikant verbonden aan de Nieuwe Kerk (op de hoek van de Larenseweg / Eemnesserweg) in Hilversum.
Van Lokhorst was de eerste predikant in Hilversum die lid was van de Gereformeerde Bond, een behoudende richting in de Hervormde kerk. Deze stroming had veel aanhang in Hilversum, want in 1929 werd de Nieuwe Kerk vergroot van vijfhonderd naar duizend zitplaatsen.
Op 30 mei 1940 stierf Van Lokhorst (nog maar vijftig jaar) in het Diaconessenhuis in Hilversum. Over zijn begrafenis schreef het Gereformeerd Weekblad: In grooten getale vulden de belangstellenden het kerkgebouw aan de Kerkbrink en na afloop van dezen dienst sloten velen, voorzoover dit althans mogelijk was en met de goede orde op de kleine begraafplaats niet in strijd was, zich bij de stoet aan.
Op 11 september 1940 werd de grafsteen geplaatst. Hierop stond een opengeslagen marmeren Bijbel, waarin met granieten letters Psalm 56 vers 5 (berijmd) was gebeiteld.
Ik roem in God; ik prijs ’t onfeilbaar woord;
Ik heb het zelf uit Zijnen mond gehoord;
‘k Vertrouw op God, door gene vrees gestoord;
Wat sterv’ling zou mij schenden?
Ik heb beloofd, wanneer G’ in mijn ellenden
Mij bijstand boodt, en ’t onheil af zoudt wenden,
Tot U, o God, mijn lofzang op te zenden,
Door ijver aangespoord.
De uitvaart van Willem Jan van Lokhorst was een van de laatste die op Gedenkt te Sterven plaatsvond. Het graf is in de zeventiger jaren alsnog overgebracht naar de Zuiderhof, de steen bleef echter achter op Gedenkt te Sterven.
Een kleinzoon van dominee Van Lokhorst is Willem van Kooten, die in de vorige eeuw furore maakte op de radio als Joost den Draaijer.