Kavel 02.05
Albertus Perk (1795-1880), de bekende lokale historicus, werd in 1795 geboren als enige zoon uit het huwelijk van Jan Jansz. Perk IV en zijn tweede echtgenote Maria Johanna van der Velde. Al op vijftienjarige leeftijd ging hij werken op het notariskantoor van zijn vader. Hij was toen al geïnteresseerd in de politiek en de actualiteit. Zo schreef hij verhalen over het vertrek van de Franse troepen uit Naarden in 1813. Na twee jaren in Den Haag gewerkt te hebben op een departement (ministerie) keerde hij in 1816 terug naar Hilversum, waar hij secretaris van de gemeente Hilversum werd. Daarnaast was hij ook ontvanger, dat hield in dat hij belast was met de invordering van alle inkomsten en ontvangsten van de gemeente en met het doen van alle betalingen uit de gemeentekas.
In 1820 ging hij als notaris werken op het kantoor van zijn vader. Na de dood van zijn vader in 1823 was Albertus alleen verantwoordelijk voor de notarispraktijk. Een jaar later werd hij ook vertegenwoordiger van de Domeinen, de uitgestrekte gronden rondom Hilversum waarvan de erfgooiers het vruchtgebruik hadden.
Perk was inmiddels ook getrouwd, met Antonetta Carolina van Putten. In korte tijd kregen Albertus en Antonetta zes kinderen, maar een jaar na de geboorte van de jongste dochter stierf Antonetta. Albertus trouwde vervolgens in 1832 met de zus van Antonetta, Maria Antoinette. Samen kregen ze acht kinderen, van wie er zes de volwassen leeftijd bereikten.
Naast zijn werk als notaris en secretaris van de gemeente was Perk ook secretaris van ‘Stad en Lande’, de organisatie van de erfgooiers. De erfgooiers stonden soms tegenover de Domeinen, waarvan Perk de vertegenwoordiger was en als een ware diplomaat wist Perk beide functies te combineren.
Door zijn werk voor de erfgooiers en voor de Domeinen raakte Perk geïnteresseerd in de geschiedenis van het Gooi, maar zijn droom om hier een boek over te schrijven is niet uitgekomen. Het zou een wonder zijn geweest als hij hier ook nog tijd voor gevonden zou hebben, want Perk was ook betrokken bij de oprichting van het ‘Nut’, te vergelijken met wat we nu een volksuniversiteit noemen en bij plannen om een verharde weg te maken tussen Soestdijk en ’s Graveland. In 1840 werd hij ook nog lid van de Provinciale Staten.
Het belang van Perk voor Hilversum is groot: hij was een van de meest invloedrijke personen in de Hilversumse gemeentepolitiek, hij stond bekend als een integere man en hij was actief op verschillende gebieden. Nog steeds herinnert de Albertus Perkstraat aan deze bijzondere persoon en dat de plaatselijke geschiedkundige vereniging zijn naam draagt, is meer dan terecht.
Perk woonde op de hoek van de ’s-Gravelandseweg en de latere Albertus Perkstraat, die tijdens zijn leven natuurlijk nog niet bestond.