Kavel 01.04
Jan Jansz. Perk IV (1758-1823), een telg uit een beroemd Hilversums schippersgeslacht, was de zoon van Jan III Jans Perk en Emmitje Soetbrood. Al op jonge leeftijd werd ook Jan in het familiebedrijf ingezet. Hij begon als jagertje voor de trekschuiten en werd vervolgens schippersknecht. Na de dood van zijn vader in 1779 nam Jan het bedrijf over. Het was een moeilijke tijd, de zaak stond er niet goed voor en er moest nog een schuld uit de tijd van zijn overgrootvader afgelost worden. Met behulp van zijn vrouw Mietje, met wie hij in 1780 getrouwd was, slaagde Jan erin om het bedrijf weer winstgevend te maken. In 1793 overleed Mietje. Een jaar later trouwde Jan met Maria Johanna van der Velde. Met haar kreeg hij één zoon: Albertus Perk.
Jan ging zich steeds meer interesseren voor de politiek. Hij werd gekozen in het dorpsbestuur en in 1804 werd hij beëdigd als notaris. In 1813 verkocht hij veel onroerende zaken die met het schippersbedrijf te maken hadden aan Gijsbert Pos.
Jan Perk woonde tot zeker 1792 in het voormalige veerhuis ‘Bosch en Vaart’ aan de Gooise Vaart. Bij de geboorte van zijn zoon Albertus, was hij verhuisd naar het dorp.